Protocol Medisch handelen op scholen Stichting Consent
Protocolmedischhandelenopscholen.pdf
Inhoudsopgave
De inhoudsopgave is leeg, omdat geen van de alineastijlen die in het infovenster ‘Document’ zijn geselecteerd, in het document worden gebruikt.
Voorwoord
Leerkrachten op school worden regelmatig geconfronteerd met leerlingen die klagen over pijn die meestal met eenvoudige middelen te verhelpen is, zoals hoofdpijn, buikpijn, oorpijn of pijn door een insectenbeet. Daarnaast krijgen leerkrachten in toenemende mate het verzoek van ouders of verzorgers om hun kinderen door de arts voorgeschreven medicatie toe te dienen. En steeds vaker wordt er werkelijk medisch handelen van leerkrachten verwacht zoals het geven van sondevoeding, toedienen van een injectie, het prikken van een bloedsuiker etcetera.
Met de komst van Passend onderwijs is het mogelijk dat meer basisscholen met deze vragen te maken krijgen. Het is van groot belang dat een langdurig ziek kind of een kind met een bepaalde handicap zoveel mogelijk gewoon naar school gaat. Het kind heeft contact met leeftijdsgenootjes, neemt deel aan het normale leven van alledag op school en wordt daardoor niet de hele dag herinnerd aan zijn handicap of ziek zijn. Voor het psychosociaal welbevinden van het langdurig zieke kind is het belangrijk om, indien dat maar enigszins mogelijk is, het naar school te laten gaan.
Het uitvoeren van medische handelingen op school brengt risico’s met zich mee, ook op juridisch gebied. Het is van belang dat er in deze situaties gehandeld wordt volgens een vooraf afgesproken protocol.
Zonder toestemming van de ouders kan een schoolleiding of leraar in beginsel niets doen.
In de bijlagen bij dit protocol treft u formats voor toestemmingsformulieren. Scholen kunnen deze ter ondertekening voorleggen aan ouders.Het verrichten van medische handelingen
Wettelijke regels
De Wet Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (Wet BIG) regelt wie wat mag doen in de Gezondheidszorg. De wet BIG is bedoeld voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg en geldt als zodanig niet voor onderwijzend personeel. Dat neemt niet weg dat in deze wet een aantal waarborgen worden gegeven voor een goede uitoefening van de beroepspraktijk aan de hand waarvan ook een aantal regels te geven zijn voor schoolbesturen en leraren als het gaat om in de wet BIG genoemde medische handelingen.
Bepaalde medische handelingen – de zogenaamde voorbehouden handelingen – mogen alleen worden verricht door artsen. Anderen dan artsen kunnen deze medische handelingen alleen verrichten in opdracht van een arts. De betreffende arts moet zich er dan van vergewissen dat degene die niet bevoegd is, wel de bekwaamheid bezit om die handelingen te verrichten.
Leraren vallen niet onder de wet BIG. Deze geldt alleen voor medische – en paramedische beroepen. Soms worden leraren betrokken bij de zorg rond een ziek kind en worden daarmee partners in de zorg. In zo’n geval kan het voorkomen dat leraren gevraagd wordt om een medische handeling bij een kind uit te voeren. In deze situatie is de positie van de leraar een bijzondere, die met zorgvuldigheid benaderd moet worden.
De leraar moet een gedegen instructie krijgen hoe hij de BIG – handeling moet uitvoeren van een BIG-geregistreerde professional (meestal de behandelend arts of verpleegkundige). Het naar tevredenheid uitvoeren van deze handeling moet door deze BIG-geregistreerde professional schriftelijk worden vastgelegd (met handtekening) in een bekwaamheidsverklaring. Op deze manier wordt een zo optimaal mogelijke zekerheid aan kind, ouders, leraar en schoolleiding gewaarborgd. Ook voor de verzekeraar van de school zal duidelijk zijn dat er zo zorgvuldig mogelijk is gehandeld. Dit betekent dat een leraar in opdracht van een arts moet handelen die hem bekwaam heeft verklaard voor het uitvoeren van een BIG -handeling.
Binnen organisaties in de gezondheidszorg is het gebruikelijk dat een arts, of een door hem aangewezen en geïnstrueerde vertegenwoordiger, een bekwaamheidsverklaring afgeeft met het oog op eventuele aansprakelijkheden.
Een leraar is en blijft verantwoordelijk voor zijn handelen, ook al heeft hij een bekwaamheidsverklaring van een arts. Hij kan hiervoor civielrechtelijk aangesproken worden. Het schoolbestuur is echter verantwoordelijk voor datgene wat de leraar doet. Kan een schoolbestuur een bekwaamheidsverklaring van een arts overleggen, dan kan niet bij voorbaat worden aangenomen dat de schoolleiding onzorgvuldig heeft gehandeld.
2. Soorten medische handelingen op school
a.Handelingen waarvoor de wet BIG niet geldt
Bijvoorbeeld het geven van medicijnen, dat kan zijn het geven van een ‘paracetamol’ of andere medicijnen, bijvoorbeeld een zetpil bij een epilepsieaanval, het behandelen van een insectenbeet met bijvoorbeeld azaron.
Stichting Consent geeft medewerking aan het verrichten van medische handelingen waarvoor de wet BIG niet geldt door onderwijzend en onderwijsondersteunend personeel op scholen binnen de Stichting Consent.
b. Handelingen waarvoor de wet BIG wel geldt
Bijvoorbeeld het geven van injecties en het toedienen van sondevoeding. Deze mogen slechts worden uitgevoerd door artsen en verpleegkundigen.
In uitzonderlijke gevallen zullen ouders aan schoolleiding en leraren vragen BIG – handelingen te verrichten. Te denken valt daarbij aan het geven van sondevoeding, het meten van de bloedsuikerspiegel bij suikerpatiënten door middel van een vingerprikje. In het algemeen worden deze handelingen door de Stichting Thuiszorg of de ouders zelf op school verricht. In sommige gevallen kan er sprake zijn van een PGB (persoonsgebonden budget).
Stichting Consent geeft geen medewerking aan het verrichten van medische handelingen waarvoor de wet BIG geldt door onderwijzend en onderwijsondersteunend personeel op scholen binnen de Stichting Consent.
Voor de individuele leraar geldt dat hij/zij mag weigeren handelingen (al dan niet vallend onder de wet BIG) uit te voeren waarvoor hij zich niet bekwaam acht. Dit is conform het arbeidsrecht.
De wet BIG is niet van toepassing indien er sprake is van een noodsituatie. Iedere burger wordt dan geacht te helpen naar beste weten en kunnen
3. Medicijnverstrekking op school
3.1 Het kind wordt ziek op school
Indien een leerling ziek wordt of een ongeluk krijgt op school moet de leraar direct bepalen hoe hij moet handelen. Regelmatig komt een kind ’s morgens gezond op school en krijgt tijdens
de lesuren last van hoofd -, buik – of oorpijn. Ook kan het kind bijvoorbeeld door een insect gestoken worden. Een leraar verstrekt dan vaak -zonder toestemming of medeweten van ouders- een ‘paracetamol’ of wrijft azaron op de plaats van een insectenbeet.
In zijn algemeenheid is een leraar niet deskundig om een juiste diagnose te stellen. De grootst mogelijke terughoudendheid is hier dan ook geboden. Uitgangspunt moet zijn dat een kind dat ziek is, naar huis moet.
De schoolleiding zal, in geval van ziekte, altijd contact op moeten nemen met de ouders om te overleggen wat er dient te gebeuren (is er iemand thuis om het kind op te vangen, wordt het kind gehaald of moet het gebracht worden, moet het naar de huisarts, etc.?).
Bij inschrijven van een leerling bijlage 1 laten invullen en ondertekenen. Check minimaal ieder nieuw schooljaar of de bereikbaaheidsgegevens, gegevens arts/tandarts e.d. nog kloppen. Geef aan dat ouders zelf verantwoordelijk zijn wijzigingen door te geven
Ook wanneer een leraar inschat dat het kind met een eenvoudig middel geholpen kan worden, is het gewenst om eerst contact te zoeken met de ouders. Vraag daarna om toestemming aan de ouders om een bepaald middel te verstrekken. Wanneer de ouders en andere, door de ouders aangewezen vertegenwoordigers, niet te bereiken zijn en het kind kan niet naar huis gestuurd worden zonder dat daar toezicht is, kunnen medicijnen niet met toestemming van de ouders verstrekt worden. De leraar kan dan besluiten, eventueel na overleg met directie of een collega, om zelf een eenvoudig middel te geven. Daarnaast moet hij inschatten of niet alsnog een (huis)arts geraadpleegd moet worden. Raadpleeg bij twijfel altijd een arts. Zo kan bijvoorbeeld een ogenschijnlijk eenvoudige hoofdpijn een uiting zijn van een veel ernstiger ziektebeeld. Het blijft dan zaak het kind voortdurend te observeren.
Raadpleeg bij twijfel altijd collega’s en/of een (huis)arts. Dit geldt met name wanneer de pijn blijft of de situatie verergert. De zorgvuldigheid die hierbij in acht genomen moet worden is dat u handelt alsof het uw eigen kind is.
Wanneer een middel wordt gegeven, wordt dit te allen tijde achteraf gemeld bij ouders en directie.
3.2 Het verstrekken van medicijnen op verzoek
Kinderen krijgen soms medicijnen of andere middelen voorgeschreven die zij een aantal malen per dag moeten gebruiken, dus ook tijdens lesuren. Te denken valt bijvoorbeeld aan pufjes voor astma, antibiotica, of zetpillen bij toevallen ( een aanval van epilepsie). Ouders kunnen aan schoolleiding en leerkracht vragen deze middelen te verstrekken. Schriftelijke toestemming van de ouders is hierbij noodzakelijk.
Het gaat niet alleen om eenvoudige middelen, maar ook om middelen die bij onjuist gebruik tot schade van de gezondheid van het kind kunnen leiden.
Leg daarom schriftelijk vast om welke medicijnen het gaat, hoe vaak en in welke hoeveelheden ze moeten worden toegediend en op welke wijze dat dient te geschieden. Leg verder de periode vast waarin de medicijnen moeten worden verstrekt. Ouders geven hierdoor duidelijk aan wat zij van de schoolleiding en de leraren verwachten opdat zij op hun beurt weer precies weten wat ze moeten doen en waar ze verantwoordelijk voor zijn. Wanneer het gaat om het verstrekken van medicijnen gedurende een lange periode moet regelmatig met ouders overlegd worden over de ziekte en het daarbij behorende medicijngebruik op school.
Enkele praktische adviezen:
*Neem de medicijnen alleen in ontvangst wanneer ze in de originele verpakking zitten en uitgeschreven zijn op naam van het betreffende kind;
*Lees goed de bijsluiter zodat u op de hoogte bent van eventuele bijwerkingen van het medicijn en
*Noteer, per keer, op een aftekenlijst dat u het medicijn aan het betreffende kind gegeven heeft.
*Als een kind niet goed op een medicijn reageert of als er onverhoopt toch een fout is gemaakt bij het toedienen van een medicijn, bel dan direct de huisarts of specialist in het ziekenhuis.
*Bel bij een ernstige situatie direct het landelijk alarmnummer 112.
*Zorg er altijd voor dat u alle relevante gegevens bij de hand hebt, zoals: naam, geboortedatum, adres, huisarts en/of specialist van de leerling, de medicatie die is toegediend, welke reacties het kind vertoont en eventueel welke fout is gemaakt.
*Alle teamleden op school op de hoogte brengen van bestaande en nieuwe situaties
*Houdbaarheid van medicijnen wordt door ouders gecheckt en zo nodig vervangen. Dit valt onder de verantwoordelijkheid van de ouders.
3.3 Het opbergen van medicijnen op school
Het bewaren van medicijnen op school moet tot een minimum worden beperkt. Het is verstandig hiervoor één persoon aan te wijzen die verantwoordelijk is voor het beheer. De medicijnen dienen in een afgesloten kast (koelkast indien dit nodig is) te worden bewaard. In geen geval medicijnen bewaren in het bureau van de leerkracht. De bureaula gaat te vaak open en het gevaar kan bestaan dat leerlingen de medicijnen kunnen meenemen.
Het aanvullen van de EHBO-doos op school kan ook onder het beheer van deze verantwoordelijke persoon vallen.
================================================================================
Bijlage 1 – Het kind wordt ziek op school
Verklaring: Toestemming tot handelwijze voor als het kind ziek wordt op school
(Bij intake leerling bespreken en gebruiken als bijlage bij het inschrijfformulier van de school)
Handelswijze:
Het kan voorkomen dat uw kind tijdens het verblijf op school ziek wordt, zich verwondt, door een insect wordt gestoken etc. In zo’n geval zal de school altijd contact opnemen met de ouders, verzorgers of met een andere, door hen aangewezen, personen. Een enkele keer komt het voor dat deze niet te bereiken zijn. Als deze situatie zich voordoet zal de leraar een zorgvuldige afweging maken of uw kind gebaat is met een ‘eenvoudige’ pijnstiller of dat een arts geconsulteerd moet worden.
Als u met deze handelswijze akkoord bent, wilt u dan dit formulier invullen.
Ondergetekende gaat akkoord met bovengenoemde handelwijze ten behoeve van:
naam leerling:
geboortedatum:
adres:
postcode en plaats:
naam ouder(s)/verzorger(s):
telefoon thuis:
telefoon werk:
naam huisarts:
telefoon:
Te waarschuwen persoon, indien ouder(s)/verzorger(s) niet te bereiken zijn:
Naam:
telefoon thuis:
telefoon werk:
Mijn kind is overgevoelig voor de volgende zaken:
naam leerling :
geboortedatum :
MEDICIJNEN: naam:
ONTSMETTINGSMIDDELEN: naam:
SMEERSELTJES tegen bijvoorbeeld insectenbeten: naam:
PLEISTERS: naam:
OVERIG: naam:
Ruimte voor zaken die hierboven niet genoemd zijn:
Eventuele veranderingen worden zo spoedig mogelijk doorgeven aan de directie van de school.
Het is zeer belangrijk dat deze gegevens actueel zijn.
Ouders zijn en blijven verantwoordelijk voor de juiste gegevens.
Ondergetekende naam:
ouder/verzorger van:
plaats:
datum:
Handtekening:
Bijlage 2 – Het verstrekken van medicijnen op verzoek
Verklaring: Toestemming tot het verstrekken van medicijnen op verzoek
Ondergetekende geeft toestemming voor het toedienen van de hieronder omschreven medicijn(en) aan:
naam leerling:
geboortedatum:
adres
postcode en plaats:
naam ouder(s)/verzorger(s):
telefoon thuis:
telefoon werk:
naam huisarts:
telefoon:
naam specialist:
telefoon:
De medicijnen zijn nodig voor onderstaande ziekte:
Naam van het medicijn:
Medicijn dient dagelijks te worden toegediend op onderstaande tijden:
…… uur / …… uur / …… uur / …… uur
Medicijn(en) mogen alleen worden toegediend in de volgende situatie(s):
G D
Dosering van het medicijn:
Wijze van toediening:
Wijze van bewaren:
Controle op vervaldatum/houdbaarheid door: (naam ouder)
Functie: …
Ondergetekende, ouder/verzorger van genoemde leerling, geeft hiermee aan de school c.q de hieronder genoemde leraar die daarvoor een medicijninstructie heeft gehad, toestemming voor het toedienen van de bovengenoemde medicijnen:
naam:
ouder/verzorger:
plaats
datum:
Handtekening:
Eventuele veranderingen worden zo spoedig mogelijk doorgeven aan de directie van de school.
Het is zeer belangrijk dat deze gegevens actueel zijn.
Ouders zijn en blijven verantwoordelijk voor de juiste gegevens.
Instructie voor medicijntoediening:
Er is instructie gegeven over het toedienen van de medicijnen op (datum)
Door:
naam: .
functie: .
naam instelling:
Aan:
naam: .
functie: .
naam en plaats school:
Ruimte voor zaken die hierboven niet genoemd zijn:
Bijlage 3 – Handelen bij calamiteiten
Mocht zich onverhoopt ten gevolge van een calamiteit voordoen stel u dan direct in verbinding met de huisarts en/of specialist van het kind. Bel bij een ernstige situatie direct het landelijk alarmnummer 112. Zorg ervoor dat u alle relevante gegevens van het kind bij de hand heeft, zoals: naam, geboortedatum, adres, huisarts en specialist van het kind. Meldt verder bij welke handeling de calamiteit zich heeft voorgedaan en welke verschijnselen bij het kind waarneembaar zijn.
Richtlijnen
Indien zich calamiteiten voordoen ten gevolge van het toedienen van medicijnen of het uitvoeren van een medische (BIG) handeling bij een kind, volgen hieronder richtlijnen:
Laat het kind niet alleen. Probeer rustig te blijven.
Observeer het kind goed en probeer het gerust te stellen
Waarschuw een volwassene voor bijstand (of laat één van de kinderen een volwassene ophalen, waarbij u duidelijk instrueert wat het kind tegen de volwassene moet zeggen)
Bel direct de huisarts en/of de specialist van het kind
Bel bij een ernstige situatie direct het landelijk alarmnummer 112
Geef door naar aanleiding van welk medicijn of ‘medische’ handeling de calamiteit zich heeft voorgedaan (eventueel welke fout is gemaakt)
Zorg ervoor dat u alle relevante gegevens van het kind bij de hand hebt (of laat ze direct door iemand opzoeken) zoals:
Naam van het kind.
Geboortedatum.
Adres.
Telefoonnummer van ouders en/of andere, door de ouders aangewezen persoon.
Naam + telefoonnummer van huisarts c.q specialist.
Ziektebeeld waarvoor medicijnen of medische handeling nodig zijn.
Bel de ouders (bij geen gehoor een andere, door de ouders aangewezen persoon):
Leg kort en duidelijk uit wat er gebeurd is.
Vertel, indien bekend, wat de arts heeft gedaan/gezegd.
In geval van opname, geef door naar welk ziekenhuis het kind is gegaan.